Na corona een betere toekomst?
De coronapandemie brengt ons veel ellende, maar we leren er ook van. Zij maakt ons duidelijk hoe we ons zorgstelsel op een humane en kosteneffectieve manier toekomstbestendig kunnen maken. Namelijk door ons zorgstelsel veel meer te baseren op het voorkómen van ziekte.
Door de volksgezondheid centraal te stellen in plaats van de specialistische curatieve zorg.
Veel zorgwerkers ervaren deze te verbeteren punten bijna dagelijks. Een petitie die oplossingen aandraagt , werd breed ondersteund door schoonmakers, intensive care personeel, hoogleraren, (wijk)verpleegkundigen, specialisten, pastors, huisartsen, MBO’ers en onderzoekers.
De preventieve aanpak van volksziekten kan beter. Dat bleek bij de corona-uitbraak. We waren niet voorbereid ondanks pandemie-draaiboeken. Er waren te weinig beschermende middelen, te weinig testmogelijkheden en we weten nauwelijks iets over de verspreiding van het virus. De ontbrekende gegevens veroorzaakten onzekerheid bij regering en bevolking. Er is een parallel met de aanpak van andere epidemieën: hart- en vaatziekten, suikerziekte, obesitas en roken. Zij eisen jaarlijks veel meer mensenlevens dan corona. Zorgverleners zijn hier dagelijks veel drukker mee bezig dan met corona.
We zouden graag van de overheden een steuntje in de rug krijgen om deze te voorkómen. Nationale coördinatie, wetgeving rond zout en suiker in het eten, een verbod op de verkoop van tabak, het promoten van gezonde voeding. Beloning van gezondheidsbevordering, naast de excessieve beloning voor curatieve zorg. Van ons nationale gezondheidsbudget van bijna 100 miljard gaat minder dan één procent naar volksgezondheid en preventie.
Wat wij willen kán : in de Finse provincie Noord Karelië werd met een gefocuste aanpak in 35 jaar het aantal hartinfarcten met 80% teruggebracht. En er zijn andere goede voorbeelden.
De marktwerking in de zorg, ingevoerd in 2006, zou de zorg efficiënter en goedkoper maken. Zorgverzekeraars kregen de regie. Aanvankelijk leek het, althans in de curatieve zorg, te werken. Wachtlijsten werden korter, in ziekenhuizen leek men efficiënter te werk te gaan. Later zagen we de keerzijde van de medaille: sterk toenemende administratieve belasting, eindeloos zich herhalende onderhandelingen met zorgverzekeraars, een doorgeschoten verantwoordingsplicht. De solidariteit kwam onder druk en er ontstond een tweedeling in de zorg. Volgens de OESO horen we inmiddels bij de kopgroep van landen met de hoogste zorgkosten per inwoner. De overheid zag zich genoodzaakt om de ziekenhuis- en huisartsenzorg te verplichten niet meer te groeien; de marktwerking kreeg dat niet voor elkaar. En toch worden Nederlanders niet gezonder maar steeds zieker.
De coronacrisis heeft nog duidelijker gemaakt dat we nú moeten starten met de overstap naar een zorgstelsel dat veel meer gebaseerd is op preventie. Door de centrale positie van de zorgverzekeraars en de curatieve zorg wordt de zorg voor de volksgezondheid verwaarloosd, tot schade van de bevolking.
Paul Jonas, arts-docent Huisartsopleiding Leiden, mede namens: Eric van de Visse , internist-intensivist Dijklander ziekenhuis Hoorn, Eli Silvrants, ANW hoofd en wijkverpleegkundige Amsterdam, dr. Anneke Kramer, huisarts in Utrecht en hoogleraar ‘Onderzoek naar opleiden’ LUMC .